Op Basisschool De Pijl in Antwerpen worden op initiatief van de zorgcoördinatoren maandelijks oudermomenten georganiseerd. Deze gaan steeds rond een specifiek opvoedingsthema. Zo wil de school de betrokkenheid van ouders verhogen en de gezinnen maatschappelijk versterken.
Context van de school
Basisschool De Pijl in Antwerpen heeft 450 leerlingen, telt 46 nationaliteiten en elk jaar zijn 25% van de leerlingen nieuw in de school. Vele ouders zijn moeilijk bereikbaar.
Aanpak
De oudermomenten bestaan een viertal jaar. Enerzijds voelde men dat een klassieke ouderwerking niet zou werken. Ook op een koffiemoment waren het vaak dezelfde ouders die terugkwamen, waardoor de drempel voor nieuwe ouders toch bleef. De oudermomenten rond opvoedingsondersteuning bieden daar een antwoord op: de school weet telkens nieuwe ouders aan te trekken met de specifieke thema’s. Zo passeerden al positief opvoeden, huiswerk, leren lezen en gezonde voeding. Die thema’s worden bepaald vanuit een concrete nood in de school, bijvoorbeeld rond zindelijkheid of gezonde voeding, maar het schoolteam vangt ook op wat er bij ouders leeft.
De oudermomenten gaan er heel informeel aan toe. Het schoolteam wil het zo laagdrempelig houden. Ze halen de inhoud en expertise bij ondersteunde centra uit de buurt , leerkrachten of gaan zelf op zoek, maar maken steeds een vertaalslag. Een spreker zal nooit langer dan tien minuten aan het woord zijn: dat laat alleen al de taalbarrière niet toe. Ouders vertalen soms ook dingen voor elkaar. De interactie tussen ouders over de opvoeding van hun kind is heel sterk en zorgt achteraf ook voor nieuwe contacten aan de schoolpoort.
De opkomst voor oudermomenten varieert, van een drietal ouders tot een vijftiental. Op de dag van het oudermoment zelf zet de zorgcoördinator een bord buiten aan de schoolpoort en spreekt ze ouders ook opnieuw aan om langs te komen. Vaak organiseert ze ook twee momenten. Op het eerste moment ligt de opkomst dan niet zo hoog en is er soms maar een man of vijf, maar de tweede keer hebben ouders elkaar ingelicht en zitten er tegen de vijftien mensen. Ze bereiken daarmee zeker nog niet alle ouders, maar hebben geleerd om elk klein succes naar waarde te schatten. Ook als er maar drie personen zitten, is het waardevol geweest: die mensen spreken daarover met andere ouders en als ze over iets willen praten, durven ze veel makkelijker de stap zetten naar de school.
Tips voor wie aan de slag wil
-
Werk samen met organisaties uit de buurt. De bibliotheek, een medisch centrum, het OCMW,… Zo blijft de ondersteuning ook buiten de school bestaan.
-
Heb aandacht voor culturele verschillen. Opmerkelijke gedragingen hebben soms te maken met de achtergrond. Ga in dialoog om zoiets uit te klaren.
-
Zoek naar een goede balans tussen beeldmateriaal en tekst: ouders die wel Nederlands kunnen vinden een overzichtelijke tekst belangrijk.
-
Ga bij scholen in de buurt te rade, luister hoe zij de zaken aanpakken en leer bij van elkaar.